Home Zoek

Nico HIRTT - zoekresultaten

Wanneer u niet blij bent met de resultaten, kunt u een nieuwe zoekopdracht geven

Kleinere klassen hebben een positief effect op het slagen op school

De meeste leerkrachten zijn ervan overtuigd dat hun leerlingen beter werken in niet al te volle klassen. Een te kleine klas, minder dan 10 leerlingen bv. , heeft weliswaar ook haar nadelen: soms te weinig respons vanuit de leerlingen en te weinig uitwisseling tussen de leerlingen. Maar in een klas met méér dan 25 leerlingen wordt het meestal erg moeilijk om te werken.

Competentiegericht onderwijs, een pedagogische mystificatie

Het competentiegericht onderwijs is klaarblijkelijk een gevoelig onderwerp. Onze discussiebijeenkomst over dit thema op 23 januari 2010 was een succes. Het dossier waarvan we uitgegaan zijn (De Democratische School, nr. 39, september 2009) heeft ons vele reacties opgeleverd.

Verslag van de werkgroep “Onderwijs” tijdens “Dag van het socialisme”

Op zaterdag 20 maart 2010 ging in de Gentse Vooruit de ‘Dag van het Socialisme’ door. Er waren ongeveer 700 deelnemers. In 8 werkgroepen debatteerden 30 sprekers met een breed publiek op zoek naar nieuwe en hoopvolle socialistische perspectieven. Een van de thema's was onderwijs.

Alle kinderen hebben recht op een kwaliteitsschool in de buurt

De jongste weken bleek pijnlijk duidelijk dat Antwerpen, Brussel, Gent in de nabije toekomst afstevenen op een tekort aan scholen. In de media werd uitvoerig melding gemaakt van duizenden ouders die voor hun kind nog geen school (van hun keuze) hebben gevonden. Tijdens een debat in het Vlaams Parlement op 10 maart verklaarde minister Smet dat tegen september geen enkele leerling zonder school zal achterblijven. Het tekort aan scholen is niet het enige probleem dat moet opgelost worden om alle kinderen een kwaliteitsschool in hun buurt te verzekeren.

Competentiegericht onderwijs: een pedagogische mystificatie

“Competentiegericht onderwijs”, “competentiegerichte evaluatie”, “basiscompetenties”, “transversale competenties”, “socles de compétences” (de term die het Franstalig onderwijs voor “eindtermen” gebruikt), “terminale competenties”, … Het begrip “competenties” is niet meer weg te denken uit de onderwijsliteratuur. Het heeft succes op wereldvlak. Na de VS, Québec, Zwitserland, Frankrijk, Franstalig België en Nederland is de “competentie-obsessie” [Boutin et Julien, 2000], dit nieuwe “pedagogische eenheidsdenken” [Tilmant 2005], ook Vlaanderen aan het veroveren. Maar onder de dekmantel van een modernistisch klinkend discours zou zich wel eens een operatie kunnen verschuilen om het onderwijs in de pas te laten lopen en het aan de noden van een kapitalistische economie in crisis te onderwerpen.

In de schaduw van de OESO en de Europese Commissie

Als we een beetje dieper graven in het romantische discours van bepaalde pedagogen, krijgen we het ware karakter te zien van competentiegericht onderwijs. Het is een onderwijsconcept dat er volledig op gericht is van de school een slaafs instrument ten dienste van de economische rentabiliteit en winst te maken.

Competentiegericht onderwijs of hoe de kennis ontkennen

Eén van de verwijten die het frequentst aan het adres van het competentiegericht onderwijs (CGO) gemaakt wordt is dat het de inhouden - de kennis en de vaardigheden -, eigen aan de onderwezen disciplines, naar de achtergrond verwijst of zelfs verwaarloost. Ondanks de talrijke ontkenningen van de kant van de voorstanders van het CGO, geloven wij dat dit verwijt niet enkel gerechtvaardigd maar juist fundamenteel is.

Het competentiegericht onderwijs en het constructivisme

Het competentiegericht onderwijs wordt soms voorgesteld als erfgenaam van de pedagogische traditie van het constructivisme. Sinds de theoretische werken van Piaget en Vygotski en door de bijdragen van praktijkmensen zoals Célestin Freinet heeft deze benadering het progressieve denken en de bijhorende pedagogische praktijk beheerst van de jaren 1950 tot 1970. En inderdaad, in de theoretische geschriften over het competentiegericht onderwijs (CGO) vindt men vele uitdrukkingen die rechtstreeks uit de werken van de constructivistische pedagogen afkomstig lijken: de wil om “de leerlingen aan het werk te zetten” op “probleemvelden”, om “zin te geven aan kennis en leren”, de aandacht die geschonken wordt aan de “activiteit van de leerling” als motor voor de “opbouw van kennis”, …excuseer van competenties. Maar bij nader onderzoek is het verband totaal ongegrond. Integendeel, het competentiegericht onderwijs situeert zich lijnrecht tegenover de constructivistische of socio-constructivistische pedagogie.

Een dogmatische en bureaucratische pedagogie

Verre van een pedagogische vernieuwing te brengen sluit het competentiegericht onderwijs de leerkrachten op in routineus, bureaucratisch werk met heel veel regels. Dit vloeit voort uit een bekrompen en dogmatische visie over de verhouding leerkracht-leerlingen.

Leerplannen die verdelen

De leerplannen gebaseerd op de hervorming via competenties zijn niet alleen log en bureaucratisch in hun procedures en methodologie, maar bovendien bijzonder lichtzinnig als het er op aankomt de cognitieve inhouden te preciseren. Zo wordt de deur open gezet voor de meest uiteenlopende interpretaties wat tot ongelijkheid leidt.

Lees ook

Recente artikels