CAO-onderhandelingen in het slop
De onderhandelingen voor CAO VIII (leerplichtonderwijs) gingen op 30 januari van start. Voor de onderhandelingen CAO II (hoger onderwijs) is het wachten tot 30 maart. De eerste hindernis die genomen moet worden is die van de schoolopdracht en daar dreigt het reeds grondig spaak te lopen. Maar er is meer aan de hand. Minister Vandenbroucke lanceert intussen allerlei nieuwe initiatieven zonder extra middelen te voorzien wat de werkdruk verder verhoogt. De onrust aan de basis neemt toe. De Standaard titelt: “Onderwijsbonden worden nerveus” (1), COC: “Windstilte of stilte voor de storm?” (2). We bespreken enkele thema's die aan de orde zijn.
Inzet conflict minister en onderwijsvakbonden
Onder de slogan “Naar een vertrouwensbreuk?” hield het gemeenschappelijk vakbondsfront van de vier onderwijsvakbonden ACOD, COC, COV en VSOA op 31 augustus een persconferentie. Het conflict tussen Minister Frank Vandenbroucke en de onderwijsvakbonden draait rond twee centrale punten: de verhoging van het vakantiegeld en de nieuwe CAO voor het onderwijspersoneel. Maar ook het eindeloopbaandebat in de privé-sector laat de onderwijswereld niet onberoerd.
Welke [on]gelijke kansen worden er eigenlijk gecreëerd?
Frank Vandenbroucke geeft aan zijn beleidsnota van december 2004 de welluidende titel “Vandaag kampioen in wiskunde, morgen ook in gelijke kansen” mee, waarmee hij verwijst naar het recent gepubliceerde PISA 2003-onderzoek .
Hoe kan de context van het Europese economische marktdenken, dat de concurrentieslag met de Verenigde Staten en Japan wil winnen, gelijke kansen creëren?