Het onderwijs en het neoliberale stockholmsyndroom. (De Boekhoudersrealiteit van Bourgeois en co)

Facebooktwittermail

Door het voorstel te steunen om leraars één of twee uur langer te laten werken, sympathiseren de onderwijskoepels met wie hen sociaaleconomisch aan het wurgen is, schrijft Wouter Vlaminckx, leraar sociale wetenschappen 3de graad (starter).

Hebben onderwijsminister Crevits en de koepels wel oren naar een alternatief waarin niet de cijfers, maar de mens centraal staat?

Vorige week werd het ballonnetje opgelaten om leerkrachten van de tweede en derde graad een of twee uur langer te laten lesgeven, om zo ongeveer 60 miljoen te kunnen besparen (De Standaard 26 september) . Dat zou ook ongeveer 1.500 banen kosten, voornamelijk ten nadele van starters, sowieso al de zwakste groep onder de leerkrachten.

Tot mijn verbijstering las ik dat beide onderwijskoepels het idee ‘zeer genegen’ zijn. In de woorden van Chris Smits van de katholieke koepel in De Morgen: ‘Als er dan toch bespaard moet worden, liever zo dan te snijden in de werkingsmiddelen of in de lestijden’. Raymonda Verdyck van het gemeenschapsonderwijs is het daarmee eens: ‘Een alternatief is inleveren op de lonen, en dat lijkt me uit den boze’.

Ik wil het nu niet hebben over het feit of het voorstel, gezien onze werkdruk, erg realistisch is. Veel erger is de visie die aan de grondslag ligt en die door de onderwijskoepels impliciet wordt onderschreven.

Doem en chaos

Sommigen zullen op het eerste gezicht blij zijn met deze barmhartige visie van de onderwijskoepels: ze lijken immers te pleiten voor de minst pijnlijke oplossing. Helaas volgen de koepels de Vlaamse coalitiepartijen in hun besparingsdrift, de zogezegd enige te volgen weg om onze samenleving opnieuw op de rails te krijgen.

Onze onderwijskoepels lijden aan het neoliberale stockholmsyndroom. Ze sympathiseren met diegenen die hen sociaaleconomisch in een wurggreep houden. Ze verdedigen hen, omdat ze zijn gaan geloven dat er geen mensvriendelijker of sociaal rechtvaardiger alternatief is voor hun neoliberale economische visie op de samenleving. De koepels volgen de redenering dat we moeten inleveren, ook al hebben we het al moeilijk. Het alternatief zou immers sociaaleconomische doem en chaos betekenen.

De neoliberale besparingsplannen van deze regering komen erop neer dat ze fiscaal orde op zaken wil stellen én daarbij – om zich toch als hoeder van ons sociale systeem voor te doen – de groep (kans)armsten wil steunen. Dat doet ze voornamelijk door de groep die daarboven zit, de gewone middenklasse, fors te laten inleveren. Dat is haar invulling van het begrip ‘solidariteit’. Met andere woorden, het aanzienlijke deel van de bevolking dat nu nog net rondkomt, zal dat binnenkort niet meer doen. Onze onderwijskoepels volgen de invulling van solidariteit van de Vlaamse regering en offeren de starters en instromers op het neoliberale besparingsaltaar.

Het is eigenlijk een verschil in kijk op de zaken: Bourgeois en de zijnen leven in een boekhoudkundige realiteit waarin de mens zich moet aanpassen aan de cijfers. Ik daarentegen wens in een samenleving te leven waarin de cijfers zich aanpassen aan de mens.

En het kan anders. Zoals Line De Witte (PVDA) op knack.be met een simpel voorbeeld aangeeft: als de kersverse Belg Bernard Arnault, de rijkste man van Europa, het wettelijke belastingtarief zou betalen, zou hij in zijn eentje al voldoende opbrengen om de besparingen in het onderwijs ruimschoots te compenseren.

Eensgezind links

Het is trouwens hartverwarmend te zien dat de hele linkerzijde op dat vlak naar elkaar toegroeit. De PVDA heeft het Cactus-plan, inclusief vermogensbelasting. Vlaams parlementslid Tine Soens (SP.A) zegt op knack.be verontwaardigd dat solidariteit iets anders betekent dan allemaal in de besparingen delen (horen de rijken ook bij die ‘allemaal’?). Meyrem Almaci van Groen meldt op Facebook dat Nick Hanauer, een rijke Amerikaans ondernemer nota bene, toelicht dat een gezonde middenklasse niet het gevolg, maar de motor van economische groei en voorspoed is. De besparingen van deze Vlaamse regering zijn in dit licht complete nonsens.

Lezen jullie mee, mevrouw Verdyck en meneer Smits? Mevrouw Crevits? Hebben jullie oren naar het alternatief, naar een wereldbeeld waarin de mens en niet de boekhouding de bepalende factor is voor het maatschappelijk welzijn? Waarin starters, de toekomst van het onderwijs, kansen krijgen in plaats van wegbespaard worden? Staan jullie sterk genoeg om een sociale keuze te maken en de banden met de sociaal-economische kapers van onze samenleving door te knippen?

Wouter Vlaminckx

(Dit artikel verscheen als opinie in ‘De Standaard” van 1 oktober 2014)